Het meisje dat haar droom droomt

Genesis 28:2 Sta op, ga naar Padanaram, naar het huis van Bethuel, de vader van uw moeder; en neem daaruit een vrouw uit de dochters van Laban, de broer van uw moeder.

Genesis 31:24 En God kwam 's nachts in een droom tot Laban, de Syriër, en zei tegen hem: Pas op dat u niet tegen Jakob spreekt, hetzij goed, hetzij slecht.

Genesis 37:1 En Jakob woonde in het land waarin zijn vader een vreemdeling was, in het land Kanaän.

Joël 2:28 En het zal daarna geschieden dat Ik mijn geest zal uitstorten op alle vlees; en uw zonen en uw dochters zullen profeteren, uw oude mannen zullen dromen dromen, uw jonge mannen zullen visioenen zien:

2 Korintiërs 1:20 Want al de beloften van God in hem zijn ja, en in hem amen, tot eer van God door ons.

Jeremia 29:11 Want ik ken de gedachten die ik over u heb, zegt de Heer, gedachten van vrede en niet van kwaad, om u een verwacht einde te geven.

Numeri 12:6 En hij zei: Luister nu naar mijn woorden: Als er onder u een profeet is, zal Ik, de Heer, Mij in een visioen aan hem bekendmaken en in een droom tot hem spreken.